Waarom de compressie van Jpegs problemen kan opleveren
Als fotograaf heb je de keuze tussen fotograferen in JPEG of RAW-formaat. JPEGs nemen aanzienlijk minder ruimte in op je geheugenkaart, maar hebben ook zo hun problemen. Om maar met de deur in huis te vallen: RAW heeft echt zijn voordelen.
256 kleuren
Op een Jpeg beeld wordt compressie toegepast. De structuur en tonen worden iedere keer ge-compressed wanneer je een aanpassing maakt of een bewerking uitvoert. Compressie leidt tot verlies in details, dat is onoverkomelijk. Elke keer dat een Jpeg beeld aangepast wordt, worden de originele 256 kleur levels (per kleur, dus 256 rood, 256 groen en 256 blauw is in totaal 16,7 miljoen kleuren) geredistribueerd en gaat er detail verloren.
Jpeg is in principe al lang geleden ontworpen. De Joint Photographic Experts Group was een groep van fotografisch experts die in 1986 werd opgezet, met als doel de opslag mogelijk maken van hele grote beeldbestanden. Het doel, destijds:
- Op oude monitors weergeven (CRT genoemd) van de beelden
- Efficiënt transport over (toen heel langzaam) internet
- De afmeting samendrukken tot een ‘draagbaar’ formaat.
De eerste Jpeg specificatie kwam uit in 1992 en werd in 1994 definitief verbeterd. Nu, meer dan 25 jaar later, gebruiken we het nog.
Skelet
Er zijn veel elementen waar de compressie invloed op heeft. Het volledige RGB signaal wordt afgekort tot een kleurruimte die gebruikt werd voor analoge televisie, YCbCr genaamd. Dat komt omdat Jpeg oorspronkelijk werd ontwikkeld voor de CRT monitoren, die volledig draaien op een ingekort rood, groen en blauw signaal. Veel van de RGB kleurruimte zou dus overbodig zijn. De meeste helderheid informatie (Y kanaal) blijft intact, maar vooral de rode en blauwe signalen worden sterk ingekort.
Een beeld met RGB kleurruimte uit de camera (TIFF, PSD) bevat ongelofelijk veel kleur, meer dan het menselijk oog kan waarnemen. Omdat een Jpeg is afgeslankt, wordt er een soort basis interpretatie gemaakt van de kleuren en een soort ‘skelet’ opgebouwd van de kleuren in het beeld.
Keurslijf
Welke kleuren er verdwijnen in de compressie en welke niet, liggen van tevoren vast in een soort ‘Jpeg template’, en niet door een analyse van elke afzonderlijke afbeelding. Overbodige informatie wordt weggegooid en die informatie is hetzelfde voor elke foto, een soort one-size-fits-all.
Hierdoor is de Jpeg niet zozeer een afgeslankte versie van de originele kleursamenstelling, maar eerder een amputatie. Dit kun je overigens voor je laten werken als eindformaat, maar niet wanneer je nog bewerkingen aan de foto gaat maken.
Hooglichten geven problemen
Jpeg maakt gebruik van de beperkingen van het menselijk oog. Wij kunnen tonen in kleuren eerder onderscheiden dan individuele kleuren, daarom zien we vooral vormen in het donker. De lichtsterkte wordt in de basis daarom behouden in Jpeg, maar de kleuren worden verkleind.
Hierdoor zijn de kleuren in de afgeslankte versie van het vastgelegde beeld, de Jpeg, het zwakst in de hooglichten. Vooral wanneer meerdere compressie berekeningen worden toegepast, na bewerking, kunnen daar rare dingen gebeuren. Vormen kunnen veranderen en blokpatronen kunnen verschijnen. Op beelden waar veel dezelfde kleurtonen worden gebuikt (grote oppervlakken als gebouwen) hebben het minst last van de compressie.
Compressie klopt niet
De term ‘compressie’ is dus eigenlijk ook niet helemaal juist. Normaal gesproken zou je, wanneer je iets comprimeert, nog steeds het origineel hebben als je het uit de verpakking haalt. Neem een korset, je comprimeert wat overtollige vetjes wellicht, maar wanneer het uitgaat is het er allemaal nog. Een compressie in-camera naar Jpeg kort het beeld als het ware af om in een algemene vorm te passen. Welke vorm dat is, hangt af van de kleurinstellingen op het moment dat de foto genomen werd.
Algoritme
De camera geeft vorm aan Jpegs door een bepaald algoritme, dat weer bepaald is door de kleurruimte (sRGB, Adobe, scherpte voorkeuren etc)
Uiteindelijk zul je je afbeelding waarschijnlijk omzetten naar Jpeg, omdat dat nog steeds het meest gangbare bestandsformaat is om afbeeldingen te delen. Vrijwel elke foto die je onder ogen krijgt bestaat dus uit 256^3 kleuren. (in totaal maximaal 16,7miljoen) Door eerst in RAW te fotograferen en je foto zelf na te bewerken, kun jij echter zelf bepalen hoe je die kleur levels invult. In plaats van de one-size-fits-all oplossing in je camera te gebruiken. En je kunt je vast voorstellen dat de resultaten dan aanzienlijk beter zijn!