Eerste ervaring met de Nikon Z7

Hands-on met de Nikon Z7

Dre de Man 2383
Zelden was een hands-on zo interessant als bij de Nikon Z-camera’s. De reden hiervoor is simpel: iedereen wil weten hoe goed deze camera's in vergelijking met reflexcamera’s in de hand liggen.

Wanneer je de camera bij de grip beetpakt, is de eerste indruk: vertrouwd terrein. De knoppen zitten op dezelfde plaatsen als bij de Nikon-reflexcamera’s. Zoals vrijwel iedere semi(-) pro Nikon-camera, kun je de Z goed vasthouden. Dat moet ook wel, omdat je je andere hand nodig hebt voor het ondersteunen van zware objectieven – of om te klimmen, mensen op een afstand te houden of wat je ook allemaal doet als professioneel fotograaf. Ondanks het feit dat de Z qua grootte eerder lijkt op camera’s als de D3400 en D5600, voelt hij aan als de D750 en de D500.

Kijk je van boven op de handgreep, dan zie je net als bij de D850 de ontspanknop met de aan/uit-knop, de filmopnameknop en de belichtingscorrectieknop én de ISO-knop. Direct voor de ontspanknop zit de secundaire instelschijf, achterop de primaire. Direct daaronder zit de AF-On-knop. Ook op de rechterkant: het infovenster, oftewel het lcd. Heel belangrijk, want nu hoef je je niet in allerlei bochten te wringen wanneer de camera op statief staat bijvoorbeeld. Dit venster is heel goed leesbaar, door de witte letters op de zwarte achtergrond en het gebruik van elektronische inkt.

Joystick

Links zit de programmakeuzeknop met maar liefst drie gebruikersinstellingen. Aan die kant is de camera vrij smal en er is maar net plaats voor de keuzeknop. Daardoor ontbreken aan de linkerkant de knoppen die bij de andere camera’s links naast de monitor zitten. Die zitten deels rechts en worden deels door de info-knop en/of de Fn-knoppen vervangen – als je die zo instelt. Net als bij de reflexcamera’s heb je een grote vrijheid in het configureren van de knoppen. Ook rechts aan de achterkant: zowel de bekende multiselector als de extra joystick van de D850/D5. In dat opzicht is de camera dus ergonomisch nog beter dan de oudere modellen zoals de D800. Voor sommigen een minpunt: op de zijkant zit een sleuf voor de XQD-kaartlezer. Op zich is dat goed, want XQD is een zeer professioneel en vooral snel formaat. Op de kleine body is echter geen ruimte voor twee sleuven. Een echt nadeel is dat niet. Immers, vrijwel niemand gebruikt twee kaarten tegelijkertijd. Bovendien is één XQD-kaart veiliger dan twee SD-kaarten. Bovendien biedt de camera een Wifi-direct-verbinding met smartphones en pc’s én is geschikt voor de professionele WT-7-zender.

Gebruik

Zet je de camera aan, dan valt meteen op dat hij snel reageert. Hij is vrijwel direct opnameklaar en ook de ontspanknop reageert snel. Nikon heeft speciaal voor de gelegenheid een danseres geëngageerd. Uitermate geschikt om het AF-systeem op de proef te stellen. Met de Z-objectieven is de camera werkelijk verrassend snel. Ook opvallend: met gezichtsherkenning heeft de camera geen moeite om het model bij te houden. Staat het AF-selectiepunt op een heel andere plaats van het gezicht van het model, dan heeft de camera toch geen moeite om het gezicht van het model te volgen. Ook de belichting lijkt goed te werken. Tijd voor de belangrijkste uitdaging voor deze camera: hoe goed stelt hij scherp met een G-objectief via de adapter?

85mm f/1.4G

In mijn onnozelheid ben ik eerst geneigd om de smalle kant van de adapter op de camera te monteren. Misschien contra-intuïtief, maar de smalle kant moet aan de voorkant zitten, de F-vatting is immers smaller. Als je dat opmerkt, gaat alles goed, beide bajonetten klikken heel soepel in. De 85 mm lijkt ook goed te focussen, maar iets minder snel dan de Z-lenzen. Toch werkt het nog steeds erg goed. Bij de directe vergelijking van de 35mm f/1.4G en de 35mm f/1.8Z zie ik nauwelijks verschil qua snelheid. Als ik moet oordelen op basis van deze korte ontmoeting, is de Z 7 met een G-lens sneller dan concurrerende spiegelloze camera's met adapters. Met een Z-lens lijkt de Z 7 sneller dan de concurrentie. Maar focussnelheid én -nauwkeurigheid zijn erg moeilijk te meten en te kwantificeren, omdat er zoveel variabelen bij betrokken zijn. Dit is duidelijk iets voor een echte test. Desondanks volgt de camera de danseres ook goed met de G-lens, vooral wanneer je de AF-ON-knop ingedrukt houdt. En als we alleen naar de specificaties kijken: de Nikon Z 7 stelt scherp bij EV -4 met een f/2-objectief terwijl de beste concurrent (Sony A9 / A7iii) bij maximaal EV -3 kan scherpstellen bij een objectief met die lichtsterkte. Tot nu toe was dit een vrij betrouwbare indicator en Nikon is altijd nogal conservatief geweest met specificaties. Wanneer je het echter vergelijkt met een D850, betekent dit dat met een lichtzwak objectief, de D850 het beter zal doen (aangezien de AF-sensoren van de D850 werken bij een effectief diafragma van f/5,6). Een andere relativering: de Z 7 heeft een speciale AF-instelling voor weinig licht, dus misschien is er sprake van een speciale versterkingsschakeling.

Meer over autofocus

De implementatie van het AF-systeem verschilt echter van die van de DSLR's. Hoewel DPR zegt dat AF uitstekend is, klagen ze ook dat er alleen een dynamische D9-compatibele instelling is en geen D 21 / D 72 / D 153 enzovoort. De vraag is of de camera al die verschillende dynamische veld-instellingen nodig heeft, omdat de tracking waarschijnlijk verbeterd is. De DSLR's vertrouwden immers op een afzonderlijke RGB-sensor met een relatief lage resolutie voor beeldherkenning en tracking. De Z’s kunnen daarvoor de resolutie van de gehele sensor gebruiken, en die is meer dan 1000x zo groot. Ik had maar twintig minuten met de camera, maar mijn eerste indruk is dat de tracking uitstekend is. Nog een opmerking: hoewel Nikon niet zegt dat de Z's oog-AF hebben, weet de Z 7 bij gezichtsprioriteit steeds weer op het dichtstbijzijnde oog scherp te stellen. Dit is ook iets waar ik in een echte test moet induiken.

We mogen echter niet vergeten dat de camera’s nog zeer voorlopige firmware-versies hebben en dat noch de Z 7, noch de Z 6 een spiegelloze D5 is. Er komt ongetwijfeld ooit een Z9, daarover is nog helemaal niets bekend. De AF-systemen werken ook anders, dus ook om die reden kun je de D850 AF niet direct vergelijken met de Z 6 of Z 7 AF. Mijn eerste indruk is, dat als je dezelfde prestaties als de D850 wil bereiken, je Z-objectieven moet gebruiken.

Z-objectieven

Op het persevenement in Nederland was er slechts een 24-70mm f/4 Z en een 35mm f/1.8 Z beschikbaar. Beide objectieven maakten een zeer goede indruk. Dankzij de brede vatting was bokeh op de hoeken van de 35mm erg mooi, zonder ook maar het geringste spoortje van ‘cat eye bokeh’. (Daar lijden vrijwel alle andere objectieven onder). Maar het bokeh was ook over het algemeen heel mooi. Dat was het eerste dat me opviel toen ik door de EVF keek. En ja, op de een of andere manier krijg je een veel betere indruk van het bokeh dan bij een DSLR. Een matglas kan in dat opzicht niet worden vergeleken met een EVF. De objectieven leken ook geoptimaliseerd voor snelle scherpstelling. Scherpte, kleurweergave en contrast zagen er ook prima uit, maar ook dit moet ik nog uitvoerig testen alvorens tot een definitief oordeel te komen.

Kijk je naar de afbeeldingen op www.dpreview, dan kun je in ieder geval zien dat de 35mm f/1.8 Z scherper is dan de 35mm f/1.8G, terwijl dat laatste objectief een zeer goede reputatie heeft. De 24-70mm f/4 is een mooi compact objectief dat ideaal is om op vakantie mee te nemen. Als je hem koopt in combinatie met een Z-body is de prijs een stuk lager en krijg je veel waar voor je geld. De scherpte lijkt uitstekend, zelfs bij open diafragma in de hoeken. Het bokeh lijkt niet zo mooi als dat van de 35mm, maar heel aardig en weer met cirkelvormige lichten tot in de hoeken. Wel zag ik lichte sporen van uienring-bokeh, maar ook deze lens is pre-productie dus misschien zijn die in de definitieve exemplaren afwezig. Bokeh-liefhebbers zouden de 2.8-versie kunnen kiezen die volgend jaar wordt geïntroduceerd – of uiteraard de 24-70mm f/2.8G VR die ook een prima bokeh heeft. Beide objectieven lijken ontworpen te zijn om al bij zeer grote diafragma’s een grote scherpte tot in de hoeken te hebben.

Sensor en hoge ISO

Zowel uit de samples die de DPR gepost heeft als uit mijn waarnemingen bij de hands-on, lijkt de ruis bij hoge ISO-waarden heel gering te zijn. Contrast en kleuren zien er ook goed uit. Maar ook hier is het ‘too early to tell’, omdat we niet eens de RAW's kunnen openen. Het lijkt er in ieder geval op dat de AF-sensoren op de sensor noch ruis, noch reflecties of andere ongewenste effecten veroorzaken.

Conclusie

Een hands-on is altijd een frustrerende ervaring, want je wil zo’n camera veel grondiger en langer testen. In dit geval is het echter minder frustrerend dan normaal, omdat de camera bij een korte kennismaking al zoveel geheimen prijs geeft én een zo goede indruk maakt. De kennismaking met de Nikon Z is een déjà-vu: uit alles krijg je de indruk dat je deze camera al kende. Ondanks het kleine formaat is de camera bijzonder harmonieus. Ik heb wel twee problemen met de camera: de eerste is dat ik hem onmiddellijk verder wil testen (dat kan niet) en het tweede probleem is dat ik hem meteen wil kopen. Dat kan ook niet, maar misschien is dat ook maar beter zo - in ieder geval voor mijn bankrekening.

Lees ook: Nikon vernieuwt zichzelf met spiegelloze Nikon Z camera's en objectieven

Lees ook: Nikon introduceert Z7 en Z6, full-frame systeemcamera's met Z-vatting

Lees ook: Nikon lanceert drie nieuwe objectieven voor het Z-vattingsysteem

afbeelding van Dre de Man

Dre de Man | Redacteur

Bekijk alle artikelen van Dre