We’re all People | De indringende wereld van documentaire-fotograaf Joseph Rodríguez
De beelden van documentaire-fotograaf Joseph Rodríguez (74) zijn ruw, indringend, ongepolijst en récht uit het leven gegrepen. Zijn persoonlijke verhaal - waarin drugs en criminaliteit centraal staan - is dat ook. Toch is zijn boodschap er een van menselijkheid en compassie: We’re all People. Wat schuilt er achter zijn indrukwekkende carrière?
Dit artikel is geschreven door Jasper van Bladel en gepubliceerd in DIGIFOTO Pro 5.2024
Fotografie: Joseph Rodríguez
Afstand is in fotografie een allesbepalende term. Niet alleen op technisch vlak - hoe dicht bij of hoe ver weg je van je onderwerp staat als fotograaf - maar meer nog in figuurlijke zin. Hoe verhoud je jezelf als fotograaf tot je onderwerp - sta je ver af van de thema’s in je werk of ben je misschien zelf wel een gedeelte daarvan en sta je er dus met je neus bovenop of zelfs middenin?
Ook in het werk van de beroemde documentaire-fotograaf Joseph Rodríguez is afstand een zeer bepalend element. Als je naar zijn werk en zijn persoonlijke verhaal kijkt, dan is het duidelijk in welke categorie hij valt; nummer twee. Hij zit, of eerder zat, middenin de thema’s die hij gebruikt in zijn werk en juist daardoor weet hij ook zulke boeiende beelden te maken. Want er zijn natuurlijk veel fotografen die de thema’s van Rodríguez in hun werk gebruiken: de wetten van de straat, drugs, gemarginaliseerde groepen, prostitutie en geweld.

Jeugd
Om beter te kunnen duiden hoe het zit met die persoonlijke relatie met zijn fotografie-onderwerpen moeten we terug naar zijn jeugd. De nu 74-jarige Rodríguez wordt geboren in New York. In Brooklyn om precies te zijn. Toen was dat geen fijne omgeving. Armoede, drugs, geweld. Die problemen kwamen voor Joseph al snel heel dichtbij, omdat hij een aan drugs verslaafde stiefvader heeft. Om de spanningen te ontvluchten gaat hij de straat op en is hij ook vaak in de bioscoop te vinden. Uiteindelijk komt hij zelf in de gevangenis terecht doordat hij opgepakt wordt tijdens een demonstratie tegen de Vietnam-oorlog. Daar krijgt hij het zwaar te verduren en wordt hij door een mede-gevangene verkracht. Een ervaring waar hij logischerwijs niet mee om kan gaan. Het trauma doet hem vluchten in verdoving. Vergeten, wegstoppen en slijten. Hij raakt verslaafd aan heroïne. Een neerwaartse spiraal volgt en daardoor belandt hij opnieuw meerdere keren in de gevangenis. Toch weet hij uiteindelijk wonderlijk genoeg op eigen kracht van de drugs af te komen - een staaltje wilskracht. Een nare tijd ligt achter hem, maar het is tegelijkertijd ook een tijd die hem veel geleerd heeft over het leven en over de straat.

Langzaam
Een andere reden voor het feit dat Rodríguez zo intiem en persoonlijk kan werken in ruige omgevingen is dat hij geen snelle fotograaf is. Eerder een langzame. Zelf zegt hij ook; er zijn twee typen fotografen. Haastige types die binnen enkele minuten hun beeld moeten of willen hebben en dan zijn er nog de fotografen die geduld hebben en gerust weken, maanden of zelfs jaren over hun projecten durven te doen. Natuurlijk zijn het juist die geduldige fotografen die beloond worden met intieme en diepgaande beelden. Als je dan ook nog een voorgeschiedenis hebt zoals die van Rodríguez zelf, dan is het duidelijk waar dat zijn beelden vandaan komen. En ook dat die combinatie vrijwel compleet uniek is.

Taxi
Eén van zijn meest beroemde fotoseries is ‘TAXI’ waarin hij het ruige en bruisende leven in New York van de jaren zeventig en tachtig vastlegt. Dat is geen toevallig gekozen onderwerp, want in die tijd is hij zelf taxichauffeur. Het is een baan die hem weer op de rit helpt en die hem tegelijkertijd de kans geeft om zijn passie fotografie te beoefenen. Tussen ritten door doodt hij de tijd met zijn camera. Er is natuurlijk genoeg te zien in een stad als New York, zeker in die roerige tijden eind jaren zeventig en begin jaren tachtig. Uiteindelijk doet hij dit zelfs tien jaar lang, van 1977 tot 1987 en documenteert zo een belangrijke en opwindend tijdsgewricht. Geschiedschrijving op zijn best. De camera wordt zijn nieuwe drug, een verslaving die minder kwaad kan. Hij krijgt zelfs een beurs en volgt opleidingen aan de School of Visual Arts en het International Center of Photography.
Niet dat hij meteen een topfotograaf is die alles en iedereen vastlegt. Nee, daar is natuurlijk de nodige durf voor nodig. Zeker in die tijd. Een bestaan als taxichauffeur zelf was toen al uitdagend genoeg. Het was maar de vraag waar je als chauffeur terecht zou komen en ook of je passagiers wel het juiste met je voor hadden. Gevaarlijk, dat was het. Zeker, als je het beroep aanpakt zoals Rodríguez dat deed. Want hij was taxichauffeur voor iedereen, voor mensen met alle achtergronden en maatschappelijke posities. Waarom? Hij herinnert zich uit zijn jeugd dat veel taxichauffeurs helemaal niet in de ‘slechte buurten’ kwamen en ook nogal kieskeurig waren in wat voor een soort mensen ze wel of niet meenamen in hun taxi. Rodríguez en zijn moeder konden dus vaak geen taxi vinden. Dat moest anders, vond hij later toen hij in zijn taxi reed; hij was dus voor iedereen beschikbaar. Zoals het hoort.




Bang
Hoewel hij dus allerlei interessante mensen in zijn taxi kreeg was hij in de beginjaren nog wat voorzichtig. Mensen in zijn taxi fotograferen, dat was nog een stap te ver. Terwijl daar natuurlijk juist het goede verhaal zit. Tijdens zijn opleidingen als fotograaf werd door zijn leraren en medestudenten al snel de vinger op de zere plek gelegd; waarom fotografeerde hij zijn passagiers niet? Was hij bang voor ze? Niet moedig genoeg misschien? Uiteindelijk viel het kwartje. Hij zat al die tijd vlak bij zijn belangrijkste onderwerp; de mensen achter in de taxi. Vanaf toen wist hij; ik ben een fotograaf en dit wordt mijn onderwerp. Vanaf die tijd begon hij zijn achtergrond en maatschappelijke sociale context te gebruiken in zijn werk.
Na de serie TAXI fotografeert hij verder in zijn woonplaats. Ook in de jaren tachtig richt hij zijn camera op de Latijns-Amerikaanse inwoners van de wijk Spanish Harlem. Later volgt de serie Juvenile, waarin jonge delinquenten en betrokkenen in het rechtssysteem de hoofdrol spelen. In Oost-Los Angeles gaf de fotograaf bendeleden een menselijk gezicht en in dezelfde stad volgde hij in 1994 politieagenten tijdens hun werk, vlak na de Rodney King rellen. Een indrukwekkende en indringende carrière, die zich ook buiten Amerika voortzet. Zo fotografeert hij ook tijdens oorlogen en belangrijke geschiedkundige momenten in Roemenië, Irak en Mexico. Zelfs nu hij in de zeventig is, blijft Rodriguez fotograferen. Dat kan ook niet anders, want de fotografie ís zijn leven.
Bio: Joseph Rodríguez
Joseph Rodríguez (Brooklyn, New York, 1951) volgde een opleiding fotografie aan de School of Visual Arts en het International Center of Photography (ICP) in New York. De fotograaf exposeert in musea en galeries, en op festivals. Zijn bekroonde werk is gepubliceerd in toonaangevende magazines als Esquire, GQ, National Geographic, Newsweek, The New York Times Magazine, Der Spiegel, Stern en TIME. Ook zijn foto’s opgenomen in de collecties van het Albertina Museum in Wenen, Museum Ludwig in Keulen, Los Angeles County Museum of Art (LACMA) en Smithsonian American Art Museum in Washington. Rodríguez woont en werkt in New York.
www.josephrodriguezphotography.com
Retrospectief
Fotomuseum aan het Vrijthof in Maastricht presenteert van 21 september 2024 tot en met 2 februari 2025 een overzichtstentoonstelling van de Amerikaanse documentaire-fotograaf Joseph Rodríguez. De expositie 'We’re all People' toont 75 indringende foto’s van veelal gemarginaliseerde groepen mensen en hun worstelingen in het alledaagse leven. De beelden zijn in de jaren '80 en '90 gemaakt in met name New York City en Los Angeles.
Voor dit eerste Europese retrospectief van Rodríguez is een selectie gemaakt uit vijf iconische series: TAXI, Spanish Harlem, Juvenile, East Side Stories en LAPD. Deze projecten laten de ontwikkeling van Rodríguez als sociaal documentaire-fotograaf zien. Gastcurator van de tentoonstelling 'We’re all People' is de Duitse galeriehouder Bene Taschen uit Keulen.