Fotograferen in Aït Bouguemez
In het hart van het Hoge Atlasgebergte ligt Aït Bouguemez, ook wel de 'Happy Valley' van Marokko genoemd. Geen toeristische drukte, maar een vallei vol vruchtbare grond, wind en rust. Voor fotografen is dit een plek waar textuur en kleur samenkomen. Naast het landschap is de plek ook uiterst geschikt voor culturele en architectonische fotografie
Fotograferen in Aït Bouguemez: ritme en rust
Aït Bouguemez ligt op ongeveer 1.800 meter hoogte en is bereikbaar via kronkelige bergwegen vanaf Azilal. Vanuit Nederland vlieg je het beste naar Marrakech. Vanaf daar is het nog vijf tot zes uur rijden naar de vallei. Die rit zelf is al een fotografische belevenis.
De vallei bestaat uit tientallen leemdorpen, omringd door besneeuwde toppen, terrassen vol gerst en maïs, en ezelpaadjes tussen irrigatiekanalen. Voor fotografen betekent dat goed kijken en wachten. De kleuren van de lemen huizen veranderen mee met het licht. In de ochtend koel en rozig, tegen de avond warm en koperachtig. De herhaling van vormen – muurtjes, velden, bomen – geeft structuur aan beeld.

Werken met licht in de vallei
Wat Aït Bouguemez bijzonder maakt, is de manier waarop het licht over het landschap strijkt. Door de hoogte en de afwezigheid van luchtvervuiling is het zonlicht helder en direct, maar nooit hard. Het gouden uur duurt hier langer. In combinatie met het aardse palet – roodbruin, geelgroen, grijsblauw – ontstaat een sfeer die bijna schilderachtig aanvoelt.
Ook schaduw is hier een krachtig element. Dorpsstraatjes met hoge lemen muren zorgen voor sterke contrasten en grafische lijnen. Een figuur in een blauwe djellaba in een zonnestraal wordt ineens een visueel anker in een verder monochroom beeld.
Documentaire fotografie in Aït Bouguemez
Juist ook voor documentaire fotografen is Aït Bouguemez een bron van verhalen. De Amazigh-bevolking leeft grotendeels zelfvoorzienend. Ze spreken Tamazight en dragen zorg voor tradities die zichtbaar zijn in architectuur, kleding en gebruiksvoorwerpen. Die zijn vaak handgemaakt, functioneel en esthetisch rijk.
Portretten kunnen hierdoor erg krachtig zijn. De mensen zijn vaak terughoudend tegenover camera’s, maar niet onvriendelijk. Een praatje of gebaar opent vaak deuren. Ook dieren maken deel uit van het beeld: muilezels, schapen en kippen zijn alomtegenwoordig.

Fotografisch wandelen
De vallei leent zich perfect voor wandeltochten. Dagtochten brengen je langs dorpen, bergflanken en verlaten kasbahs. De wandelpaden volgen het natuurlijke ritme van het terrein. Voor fotografen betekent dit rust, overzicht en ruimte voor observatie. Van dichtbij: texturen in muren, handen, stenen. Van veraf: ritme in akkers, silhouetten tegen de bergen, patronen in de velden. Elk perspectief vertelt zijn eigen verhaal.

Praktische tips voor fotografen
- Beste reistijd: april–juni voor frisgroene velden; september–november voor zachter licht.
- Neem een standaardzoomlens (24–70mm) en een 85mm voor portretten.
- Licht verandert snel in de bergen – begin vroeg en eindig laat.
- Vraag altijd toestemming voor portretten.
- Respecteer het ritme van de plek: fotografeer langzaam, met aandacht.
Aït Bouguemez is geen bestemming waar je ‘even’ langsgaat. Het is een plek die zich ontvouwt aan wie vertraagt. En dat maakt het, voor wie kijkt met geduld en aandacht, tot een van de meest fotogenieke valleien van Noord-Afrika.