De fotograaf als tijdbewaker
Wanneer we het over fotografie hebben, gaat het bijna altijd over techniek, creativiteit of esthetiek. Maar er is een aspect dat we zelden bespreken: de manier waarop fotografie ons geheugen verandert. Niet figuurlijk, maar letterlijk. Neurowetenschappers suggereren al jaren dat de manier waarop we fotograferen invloed heeft op hoe we herinneringen opslaan, terughalen of zelfs verliezen. In dit artikel verkennen we een onverwacht terrein: de fotograaf als tijdbewaker, en de camera als instrument dat ons geheugen helpt, maar soms ook vervangt.
Tekst: Nina Oomen
Je camera verandert hoe je kijkt (en wat je onthoudt)
Uit meerdere studies blijkt dat mensen die foto’s maken zich minder herinneren van wat ze gefotografeerd hebben, tenzij ze dat beeld bewust maken. De camera fungeert dan als extern geheugen: we leggen het vast en vertrouwen erop dat het beeld de herinnering bewaart. Professionele fotografen herkennen dit meteen: Wanneer je werkt in een intensief ritme, weet je soms niet meer hoe de shoot voelde, alleen hoe het eruitzag.
Fotografie kan dus twee kanten op werken:
- Versterkend geheugen: als je bewust, aandachtig en met intentie fotografeert.
- Uitgeschakeld geheugen: als je schiet zonder echt te kijken.
Bewust fotografisch herinneren
Steeds meer fotografen kiezen er bewust voor om 'langzaam te kijken'. Niet omdat het moet, maar omdat het hun werk en hun geheugen versterkt.
Technieken die daarbij helpen:
- pre-visualisatie: het beeld eerst mentaal maken
- kaderpauzes: camera laten zakken en opnieuw kijken
- stemnotes: kort inspreken wat je dacht of voelde
- beperkte serie: maximaal vijf foto’s per scène
Deze strategieën leiden tot foto's met een sterker verhaal. Niet door techniek, maar door aandacht.
De sensor bewaart je zicht, maar niet je ervaring
Een foto bewaart geen geur, geen temperatuur, geen emotionele spanning. Maar de manier waarop we fotograferen kan bepalen hoeveel van dat moment we zelf bewaren. Documentaire fotografen en oorlogsfotografen (zoals Kadir van Lohuizen, Peter Turnley en Lynsey Addario) spreken er openlijk over: hoe bewuster ze kijken, hoe zwaarder de herinnering, en ook hoe completer het verhaal dat ze vertellen.
De toekomst: AI en het externe brein
Met de opkomst van AI-camerafuncties (denk aan auto-compositie, eye-focus, object tracking en later zelfs 'emotion tracking') verschuift fotografie steeds meer richting geheugen-buiten-jezelf. De vraag wordt dan: Wat blijft er nog over van onze eigen herinnering, als de camera alles al voor ons weet? Een ongemakkelijke, maar belangrijke vraag voor de komende vijf jaar.
Hoe bewust kijken je fotografie beter maakt
Dit onderwerp klinkt filosofisch, maar het heeft directe praktische voordelen:
- je composities worden rustiger
- je series worden consistenter
- je subjectkeuze wordt helderder
- je beelden dragen méér betekenis
En misschien nog wel het belangrijkste: het maakt fotograferen weer een mentale daad, geen automatische reflex.
Waarom DIGIFOTO Pro dit onderzoekt
We praten vaak over goede foto’s, maar we praten minder vaak over wat fotografie met ons doet. In een tijd waarin technologie steeds meer van ons overneemt, is het zinvol om te kijken naar hoe de fotograaf — mens, brein, geheugen — verandert. Fotografie gaat niet alleen over vastleggen. Het gaat over ervaren. En soms helpt dat om beter te begrijpen waarom een beeld blijft hangen… Of waarom het juist verdwijnt.