Test: Canon EOS 30D
De EOS 30D is het huidige middenklasse-model in de range digitale spiegelreflex camera's van Canon. De 'dslr' is de beste in zijn soort, maar sensationeel beter dan zijn voorganger, de 20D, vindt tester Marcel Burger het toestel niet. Voor 'instappers' blijft het een uitstekende investering.
Misschien dat de verwachtingen te hoog gespannen waren, bij de WINMAG-redactie en bij andere professionals. De EOS 30D is de opvolger van de EOS 20D: die in najaar 2004 een sprongetje voorwaarts was op zijn voorganger EOS 10D.
OORDEEL |
+ stevig chassis “Koop je een camera nieuw, dan heb je met de EOS 30D zeker een meesterwerk in handen. Overstappen van de 20D is niet de moeite waard.” Uitgebreide specificaties >>> |
2,5 inchbeeldscherm
De EOS 30D oogt en voelt als een EOS 20D. Het belangrijkste, in het oog vallend verschil: de EOS 30D heeft een 2,5-inchbeeldscherm in een resolutie van 230.000 pixels. De oudere Canon-DSLR's hebben een 1,8-inchmonitor.
De fotoresolutie is met 8,2 megapixels (3504 x 2336 beeldpunten) dezelfde gebleven als op de EOS 20D. De Canon Digic II-beeldprocessor – een door Canon doorontwikkelde zogenoemde cmos-sensor van 2,3 bij 1,5 centimeter – is zowel op Canon EOS 30D als op de oudere EOS 20D verantwoordelijk voor het vastleggen van het binnenkomende licht in de primaire kleuren rood, geel en blauw (RGB-filter).
Heb je zulke grote foto's niet nodig, dan kun je desgewenst ook in 4,3 megapixels (2544 x 1696 pxiels – voldoende voor een briefkaartfoto) of 2 megapixels (1728 x 1152 punten) vastleggen, maar weinig gebruikers van de EOS 30D zullen dat doen. Zij zijn vaak de (semi-)professionals die beelden standaard in de grootste omvang en met de meeste details willen, ze opslaan in het Canon raw-formaat (CR2) en er en passant gelijktijdig een hogekwaliteit-jpg-bestand bij opslaan.