Verdwazing en verrukking van een grote ondergesneeuwde
Recensie
Emiel van Moerkerken
Fotomuseum Den Haag
Maurits Reijnoudt reisde af naar
het retrospectief van Emiel van
Moerkerken en sprak met
conservator Wim van Sinderen.
Tentoonstelling:
23 april - 4 september 2011
in Fotomuseum Den Haag
Veelzijdigheid in de vorm van surrealisme, portretten en reisfotografie: dat is wat eruit springt op de tentoonstelling Retrospectief van Emiel van Moerkerken (1916 – 1995). Hij is een ondergesneeuwde in de Nederlandse fotografie. Een grote ondergesneeuwde, blijkt uit zijn oeuvre. Als zijn ouders hem op zijn vijftiende verjaardag een Leica kleinbeeldcamera kado geven, begint een carrière, kriskras door het land van de fotografie.
Eigenwijs
Emiel is al op jonge leeftijd anti-burgerlijk, dubbelzinnig, speels en eigenwijs. Hij sluit zich aan bij een groep kunstenaars, waaronder Breton, Dalí en Brassaï. Hij raakt geïnspireerd en creëert samen met dichter Chris van Geel surrealistische composities die hij vervolgens fotografeert. Niet zelden kom je vrouwelijk schoon tegen. Het is nog te puur om erotisch genoemd te worden. Van Moerkerken speelt met je waarneming en fantasie.
Achter de glazen pui van de zaal prijkt een uitgelichte bos schaamhaar.
Bekende Nederlanders
Je loopt door en ziet bekende gezichten hangen. Emiel is geïnteresseerd in bekende Nederlanders. Alleen de publieke figuren waarvan hij het karakter interessant vindt, wil hij voor de camera hebben. Degenen die zich niet in zijn netwerk bevinden, zoekt hij op in het telefoonboek. Hij belt ze op, of staat op een blauwe maandag op de stoep, onder het motto 'wie niet waagt, wie niet wint'. Zo krijgt hij Jan Wolkers, Annie M.G. Schmidt, Gerard Reve en meer prominenten voor de lens.
Willem Frederik Hermans, één van de BN'ers die Van Moerkerken portretteerde.