Review Nikon Z 6 II Maakt alle verwachtingen meer dan waar

DIGIFOTO Awards

Review Nikon Z 6 II Maakt alle verwachtingen meer dan waar

Dre de Man 5577
Je kunt als mens maar één keer een eerste indruk maken – maar als camera kan dat vaker. Zo is het ook met de Nikon Z 6 II: het is een Z 6 zoals we gewend zijn, maar toch is hij op een paar wezenlijke punten veranderd. Dus kijken we ernaar alsof het een totaal nieuwe camera is en gingen we er mee op pad.

Net iets minder dan twee jaar geleden testten we de Nikon Z 6. De eerste indruk was die van een camera die op veel punten heel goed scoorde. Het gekke van de Z 6 was, dat hij in die twee jaar tijd steeds beter werd. Nikon bracht verschillende firmware-updates uit waardoor vooral de autofocus steeds geavanceerder en sneller werd. Misschien nog belangrijker: bij de introductie moest het systeem zich nog waarmaken, er waren nog nauwelijks Z-objectieven bijvoorbeeld. De Z 6 was ondertussen een andere camera geworden, maar de eerste indruk blijft toch bepalend. 

Nu dan de Mark II. Is hij net zo goed als de Z 6 met de laatste firmware? Nee, hij is nu al beter. Maar ook voor de Z 6 II zullen er nieuwe firmware-updates komen en dat maakt een oordeel vellen erg ingewikkeld. Maar laten we simpel beginnen.

Terug naar de eerste Z 6, een erg sympathieke camera, ook qua prijs. Je kunt er heel goed en eenvoudig mee werken en krijgt dan steeds prima resultaten. Sommige gebruikers hamerden bij de eerste Z 6 op punten die in de praktijk niet stoorden: maar één enkel kaartsleuf, geen echte handgreep en een autofocus die vooral qua instelmogelijkheden wat beperkt leek vergeleken met bijvoorbeeld de D850. De al dan niet terechte kritiek op de Z 6 is met de Mark II voldoende gepareerd. Over de extra kaartsleuf kunnen we kort zijn: die is er nu. Het belangrijkste voordeel zal zijn dat op locatie snel een back-up kunt maken van je XQD- of CFExpress-kaart naar je SDHC-kaart, want ik ken eigenlijk niemand die op twee kaarten tegelijk fotografeert. De handgreep is er ook. Maar het belangrijkste punt is de autofocus. 

Autofocus

Daarbij is een flinke voorsprong geboekt. Allereerst heeft de camera twee in plaats van een beeldverwerkingsprocessoren (EXpeed). Het verwerken van de beelden is voor de autofocus heel erg belangrijk: zonder beeldverwerking geen oogherkenning en geen tracking. Maar het gaat verder dan dat je met twee processoren twee keer zo snel kunt tracken. Ten eerste kun je met twee processoren en dezelfde software minstens drie keer zo snel tracken. Je kunt nu bijvoorbeeld alle even cycli beide processoren laten werken aan een AF-gerelateerd proces, en alle oneven cycli één processor. Dat zijn dus drie AF-cycli voor de Z 6 II en maar één voor de Z 6. Maar door de toepassing van twee processoren kun je de software ook dingen laten doen die met één processor onmogelijk zijn. Voor een deel zullen dat zaken zijn die we pas bij firmware 2.0 of 3.0 zullen zien, al zegt Nikon daar niets over.

Maar de Z 6 II is ook nu al heel goed. Nikon heeft al heel veel belangrijke stappen gezet. Er zijn nu aparte veldstanden voor Breedveld AF (groot) en automatisch veld-AF mét en zonder gezichtsherkenning/oog-AF voor mensen en voor dieren. Je hoeft dus niet meer in de menu’s te duiken. Oog-AF werkt nu ook op dezelfde manier in video, wat heel erg handig is. Dat maakt de autofocus van de Z 6 II nog steeds niet de meest uitgebreide, maar wel de camera  die het gemakkelijkst te bedienen is. In heel erg vele situaties kun je gewoon toe met automatisch veld AF, waarbij je dan kunt oog- en gezichtsherkenning voor mensen of dieren kunt inschakelen of tracking. Ook de lichtgevoeligheid van de autofocus is verbeterd. Nog een voordeel, althans vergeleken met de allereerste Z 6 met vroeg firmware: je kunt de Fn-1-knop nu de functie tracking toewijzen, zodat je deze snel uit en in kunt schakelen. In de eerst versies van de firmware van de Z 6 moest je daarvoor (één keer) op de OK-knop duwen. De nieuwe  dubbele beeldprocessoren zorgen ook voor de hoogste snelheid in deze klasse (14 bps met mechanische sluiter) maar ook voor een grotere buffer (124 RAW’s in 12 bit). Ook de black-out time, dus de niet bewust zichtbare maar wel storende flikkering tussen de opnamen, is erdoor verbeterd.

Daarmee komen we op de zoeker en de monitor. Voor een spiegelloze camera is de elektronische zoeker erg belangrijk. Vergeleken met de eerste generatie is daar niets aan veranderd. Dat betekent: een prima zoekerbeeld dat minstens zo scherp is als dat van een reflexcamera.  Heel prettig – maar dat geldt voor alle elektronische zoekers – is dat het zoekerbeeld altijd dezelfde helderheid heeft, of je nu met een objectief met een lichtsterkte van f/8 of f/1.4 werkt. 

Geen camera voor selfies

Bij de monitor vinden we het enige punt waar Nikon niet naar de critici heeft geluisterd. Daarmee heeft Nikon waarschijnlijk gelijk. Voor fotografische doeleinden is een monitor die alleen naar beneden en naar boven klapt naar mijn smaak ideaal. Zo’n zijwaarts klappende monitor is namelijk in gebruik helemaal niet handig en hij gaat eerder kapot. Loopt iemand langs je camera, dan breekt hij al snel af, bijvoorbeeld. Maar goed, zoiets blijft persoonlijk dus als je veel selfies maakt, zul je er anders over denken. 

Video

Voor video geldt dat de camera nu 4k 60p biedt, maar wel in 1,5x crop. Bovendien komt dat pas bij de volgende firmware-update. Waarschijnlijk in februari. Ook is er nu N-log HLG (N-log met ADL voor video, dus betere en veel handigere versterking van de schaduwen en optimale dynamiek, volgende firmware). Daarvoor heb je dan we een HDMI-recorder nodig, maar dat is sowieso aan te bevelen. De  volwaardige batterijhouder met extra ontspanknop voor verticale opnamen, de MB-N11 maakt de Z 6 II beter geschikt voor gebruik in combinatie met grotere objectieven zoals de NIKKOR Z 70-200mm f/2.8 VR S, en de teleobjectieven voor de F-vatting maar ook voor de Z-vatting.

LAB

In het lab was het moeilijk om verschillen in ruis en dynamiek met de Z 6 vast te stellen. Dat was niet alleen moeilijk omdat de camera Z 6 al erg goed was, maar ook omdat Adobe nog geen ondersteuning biedt voor de Z 6 II. Nikon NX-D werkt echter al wel, dus het was wel mogelijk enkele conclusies te trekken. In Nikon Capture NX-D zijn we iets meer kleur in zowel de lichtste als de donkerste partijen. De verschillen zijn echter klein.  Wel zichtbaar dat de camera beter scherpstelt bij weinig licht. Een ander punt was dat oogherkenning nu veel beter werkt bij mensen met een donkere huid. Black eyes matter…

Praktijk

Ook bij scherpstellen op snelrijdende auto’s was er een groot verschil te zien: de Z 6 II had daar met een objectief met een lichtsterkte van f/5.6 geen enkele moeite mee. Daarom dus maar een onderwerp gezocht, dat heel wat camera’s voor grote problemen stelt: vogels in vlucht. In dit geval dan ook nog eens met een lichtzwakke objectief/convertercombinatie: de Nikkor AF-S 80-400mm f/5.6G met de TC-E 14II, effectief dus f/8. Het objectief in kwestie is ideaal voor een cameratest, omdat het wel snel scherpstelt. Het komt dus helemaal op de camera aan. Die maakte ik het nog eens extra moeilijk omdat het al laat in de middag was op een donkere winterdag. 

Instellingen: automatisch veld, met tracking (meevolgende scherpstelling). Theoretisch zou dynamisch veld-AF net iets sneller kunnen zijn, maar de aalscholvers die ik fotografeerde, vlogen nogal grillig dus was het hele beeldveld nodig. Al snel bleek dat ik meer moeite had met de aalscholvers dan de camera. Die slaagde er wel in scherp te stellen, maar ik had grote moeite om ze in beeld te houden. Op sommige foto’s stond de vogel helemaal aan de rand en was nog maar half in beeld, maar wel scherp. De enige echte missers ontstonden nadat ik in de kou en zonder goed te kijken dacht dat ik dynamisch veld uitgekozen had, maar dat bleek later AF-S en enkelpunt te zijn. Sommige foto’s waren ook onscherp vanwege de sluitertijd: het minimum in deze situatie is eigenlijk 1/2000 maar ik wilde het onmogelijke: een scherp afgebeelde vogel met net wat bewegingsonscherpte in de vleugels. Jammer dat de Nikkor Z 100-400mm of een van de andere langere Z-objectieven nog niet beschikbaar waren: die zouden met de sport-instelling van VR dit klusje beter geklaard hebben. (Zie ook het artikel over stabilisatie verderop in deze editie). De Z 6 II leverde in ieder geval een indrukwekkende prestatie.

Conclusie

De Nikon Z 6 II maakt alle verwachtingen meer dan waar. Hij scoort op alle punten die in zijn klasse belangrijk zijn vrijwel maximaal en heeft een zeer concurrerende prijs. Hij is geschikt voor de ondertussen al behoorlijke uitgebreide serie unieke Nikkor Z-objectieven en daarnaast via een adapter voor het enorme arsenaal aan F-objectieven. Net als zijn voorganger is hij ergonomisch én qua degelijkheid van de behuizing vrijwel onverslaanbaar. En dan mogen we ook nog verwachten dat – door middel van firmware-updates – de camera de komende jaren er alleen maar beter op zal worden. 

Beoordeling Nikon Z 6

  • Beeldkwaliteit 9
  • Bediening 9
  • Behuizing 9
  • Prijs/kwaliteit 9

Adviesprijs body: € 2.199,-
Info nikon.nl

Specificaties

  • Aantal effectieve pixels 6048 x 4024 pixels (25 megapixels effectief)
  • Beeldsensor 35,9 mm x 23,9 mm (fullframe) CMOS 
  • ISO-gevoeligheid
  • Standaard ISO 100 tot en met 51.200, uitgebreid 50-205.800
  • Belichtingsregeling Matrix TTL meting, centrumgericht, spot
  • Belichtingsmodus P / A / S / M
  • Sluitertype Spleetsluiter en elektronische sluiter
  • Sluitertijd
  • 900 t/m 1/8000 sec.
  • X-synchronisatie 1/200 sec.
  • Serieopnamen 14 bps 
afbeelding van Dre de Man

Dre de Man | Redacteur

Bekijk alle artikelen van Dre